Die voorvallen zijn klein, zijn groot, zijn wekelijks, dagelijks, soms is dat grappig. Ik heb lang
gevlogen - internationale vluchten. Dan zit je met allerlei collega’s die je niet kent. Heel vaak komt
dezelfde vraag terug: “Van waar ben je eigenlijk?”, “Hoe komt dat je zo bruin bent?” “Ah, je papa is
Chinees, heeft hij dan een restaurant?” “Amai, doe je bruinen zonder de zon aan?” Zo onmiddellijk de
brug slaan met stereotypen. Dat gaat echt van het ene naar het ander. Als je geluk hebt, hoor je ze
allemaal in één zin.
Eén van de voorvallen die mij het meest bijgebleven was op sociale media. Ik had een artikel geschreven
over deportatievluchten. Daarop was veel reactie gekomen op sociale media. Je kunt je wel voorstellen
dat het niet mild was. Iemand riep op om mij te deporteren, terug naar het land van oorsprong. Dat heeft
mij toen aangegrepen. Je krijgt allerlei opmerkingen naar je hoofd geslingerd over je uiterlijk, maar
nooit is het bij mij opgekomen dat ik gedeporteerd zou kunnen worden. Stel dat een regime aan de macht
zou zijn die het effectief mogelijk maakt om mensen van de tweede, derde generatie te deporteren…
Dat
heeft een kettingreactie aan emoties veroorzaakt. Ik besefte: voor vele mensen ben ik eigenlijk ook
allochtoon, hoewel ik hier geboren en getogen ben en er zelf zelden bij stilsta dat ik er anders
uitzie…
tot iemand je het natuurlijk vlakaf zegt. En dat is best vaak. De geschiedenis heeft ons getoond dat
alles mogelijk is. Dat is wel iets dat mij enorm aangegrepen heeft. Het was ook direct een aanleiding
voor een diepgaand onderzoek naar hoe ver men op sociale media kan gaan, en wat dat allemaal kan
teweegbrengen.
Die voorvallen zijn klein, zijn groot, zijn wekelijks, dagelijks, soms is dat grappig.
De twee andere voorvallen, die me het meest van al bijgebleven zijn, gebeurden met de politie. Ik denk
dat dat ook komt omdat je dat niet verwacht van mensen in een bepaalde positie. Bij de brandweer, de
politie, in het onderwijs verwacht je dat de mensen die daar zitten hebben toch neutraliteit of een
neutrale houding ten opzichte van iedereen moeten hebben.
Ik zat toen in het begin van het middelbaar toen ik voor de eerste keer met racisme van een politieagent
geconfronteerd werd. Ik stak een drukke baan over. Een agent die daar het verkeer regelde gaf de
opmerking “Uw fietslamp gaat niet”. Ik antwoordde dat ik dat wist en fietste door. Hij heeft het verkeer
toen gelaten voor wat het was en is mij voor de volle 200 meter achterna gecrost. Ik weet dat nog dat ik
iemand hoorde lopen en zijn walkietalkie en zijn ander materiaal hoorde rammelen. Hij haalde mij in,
trok mij bijna van mijn fiets en vroeg naar mijn identiteitskaart. Ik had ze niet bij. Het was de dag na
de examens, mijn boekentas lag thuis.
Hij zei toen: “ik ga uw gegevens noteren, wat is uw naam,
geboortedatum, nationaliteit” Ik zeg “Belg” en het antwoord was: “het zal wel zijn”. Dat heeft
mij zo
geschokt. Waarom zou ik daarover liegen? Dat is in een discussie ontaard, want als 12-jarige was ik
behoorlijk mondig. Ik denk dat ik hem toen ook de opmerking van racist naar het hoofd geslingerd heb.
Daarna moest ik me op het commissariaat aanmelden met een werkend fietslicht. Ik had dat thuis allemaal
verteld. Mijn ouders waren daar ook van aangedaan. Die agent in kwestie zat wel op het matje getrokken
geweest zijn, uit het gesprek met de commissaris bleek dat de agent ook niet aan zijn eerste racistisch
proefstuk toe was. Maar voor de rest is daar geen gevolg aan gegeven. Dit is ongeveer dertig jaar
geleden. Ik begrijp maar al te goed wat etnisch profileren met mensen doet. Ik was toen bang, je bent 12
jaar en er loopt een agent achter jou op straat, dat doet wel iets.
De tweede keer was ik al volwassen. Ik zat toen al bij een vliegmaatschappij. Wij moesten om de zoveel
jaar een badge van de luchthaven laten vernieuwen. Er gebeurt dan een veiligheidscontrole om te zien of
je geen terreurgeval kunt worden. Een man van de federale luchtvaartpolitie belde me.
• "Spreek ik met ? ‘t Is om te zeggen dat je badge klaar is."
• "Dankjewel!"
• "Zijde gij al lang int land?"
En ik dacht "Huh wat?" Ik denk dat ik toen al een jaar of zes of zeven vloog. Het was dus al de tweede
of derde renewal van die badge. Die vraag was mij nog nooit eerder gesteld. Ik dacht dat hij wilde
zeggen "Ben je allang terug van je vlucht?" Ik zeg dus:
• "Ja, toch al een paar dagen."
• "Een paar dagen?! Ja, maar ja, hoe lang ben je al echt in het land?"
• "Ik versta de vraag niet goed, wat bedoelt u?"
• "Ah, je verstaat niet goed Nederlands. Versta je mij niet goed? Of is het Nederlands dat
je niet goed verstaat?"
• "Jawel, ik versta Nederlands, maar ik begrijp uw vraag niet."
• "Ja maja, waar zijde gij geboren?"
• "Aan de kust."
• "Ah, ge zijt hier geboren, ‘t is daarmee dat uw Nederlands zo goed is. En wat spreken uw
ouders thuis?"
Die twee incidenten met de politie zijn me erg bijgebleven omdat ik daar een onveilig gevoel van
kreeg. Als zij zich niet neutraal kunnen gedragen, wie dan wel?
En ik stond daar met die telefoon van: huh? Wat is dat hier?
Dat gesprek duurde ongeveer tien minuten
over mijn Nederlands. En wat mijn pa en ma spraken, en hoe ze tegen elkaar spraken en hoe ze met mij
spraken. Ik heb dat toen gemeld aan mijn werkgever. Die bevestigde dat dit raar was en niets met
de
badge of het beroep te maken had. Maar daar is geen gevolg aan gegeven. Die man is nooit bevraagd
geweest over waarom hij die vragen stelde. Die twee incidenten met de politie zijn me erg bijgebleven
omdat ik daar een
onveilig gevoel van kreeg. Als zij zich niet neutraal kunnen gedragen, wie dan
wel?
Er zijn andere dingen die zich regelmatig voordoen. Soms is het in een ruzie dat mensen u
“keer terug
naar uw land” naar het hoofd slingeren . Op school, eender waar, dat is een gemakkelijke
oneliner
altijd. Het is altijd gemakkelijk om iemand te pakken op een zeer frappant uiterlijk kenmerk. Van zodra
mensen met een migratiegeschiedenis tegen iets ingaan, is het van “je bent niet van hier, je hebt niets
te zeggen, keer terug naar je land”.